Op het moment van schrijven van deze column is het april. De zon begint goed door te komen, ik kijk naar buiten en geniet van de bomen die langzaam groen beginnen te worden en luister, sssttt even niets zeggen. Hoor je dat? Zoveel vogels die aan het zingen zijn, eigenlijk is het me nooit zo goed opgevallen dat het er zoveel zijn maar in alle rust van nu merk je dat pas echt. Normaal is het fluiten van de vogels in deze tijd als het fluitsignaal van een scheidsrechter wanneer de wedstrijd begint, namelijk het begin van een mooie periode. In dit geval waarin de competitie richting het einde kruipt met alle bijbehorende spanning. Herken je de kriebels in de buik? Wie wordt er kampioen? Wie gaat Europa in? Wie degradeert rechtstreeks en wie gaat play offs tegen degradatie spelen? En in dit alles natuurlijk, waar gaat ons RKC definitief eindigen? Allemaal issues waar we normaal gesproken heel druk mee (kunnen) zijn. Maar hoe anders is de huidige (Corona) tijd. In plaats van de wedstrijdspanning op zondagmiddag, gaan we buiten een blokje om lopen met de hond. We trappen tegen een balletje in de achtertuin met de kleine of we gaan een rondje fietsen en we blijven bovenal zo veel mogelijk thuis #stayhome. De eredivisie ligt stil, al weken zelfs en niemand weet voor hoelang. Zo stil, dat we alle vogels buiten horen fluiten…
Matchday
Het is zondagochtend, langzaam word ik wakker. De slaap uit mijn ogen wrijvend en na een ongegeneerde dikke geeuw stap ik voorzichtig mijn bed maar eens uit. Mijn spieren zijn nog wat stijf van het hardlopen van gisteren dus ik strek mijn benen en rek ze wat op waarna ik de gordijnen opendoe en de eerste zonnestralen mijn kamer in zie komen, heerlijk het is lente! Even kijk ik naar beneden de tuin in, hey die gele en blauwe tulpen staan al aardig in de bloei zeg! Langzaam sjok ik de trap af naar beneden en pak al lopende langs de voordeur nonchalant de post uit de brievenbus die klaarblijkelijk al sinds gisteren daarin zit. Ik leg het voor mij op de keukentafel, pak een kop koffie en zie bovenop reclame van IKEA liggen. Glimlachend zie ik de geel blauwe kleuren van dit Zweedse concern en gelijk bedenk ik mij: ‘Matchday!’. Terwijl dit besef doordringt in mijn brein voel ik een golf van spanning door mijn buik gieren. Het is 5 april, een thuiswedstrijd tegen Feyenoord in ons eigen mooie Mandemakers stadion staat vandaag op de agenda!
De heenreis
Even denken, de wedstrijd begint om 14:30 uur. Vanuit Wageningen is het ongeveer 60 min rijden voordat ik mijn auto bij het stadion geparkeerd heb en ik wil eigenlijk rond 14:00 uur in het stadion zijn dus laat ik uiterlijk rond 13:00 uur wegrijden. Dan heb ik eerst de tijd om thuis in en rond het huis nog wat klusjes te doen en afleiding te zoeken want anders lijkt deze ochtend een eeuwigheid te duren. Man wat heb ik zin in die pot!
Nadat ik het gras gemaaid heb en wat onkruid uit de tuin heb geplukt, roept Anne vanuit huis: ‘Bram, het is al 12:45 uur. Je wilt toch uiterlijk 13:00 uur weg’?! Ze heeft gelijk, snel eet ik wat boterhammen naar binnen en drink nog even met mijn Anne een kop koffie. Ze wenst me succes, ik rits mijn autosleutels van de tafel en mijn kleine Seth van net 2 jaar oud roept mij nog snel na: ‘RKC Waalwijk papa’. Met een glimlach stap ik mijn auto in, start de motor en tik het symbool van de navigatie aan. Ow nee, dat laatste is automatisme maar in dit geval niet nodig. De weg vanuit Wageningen naar de Olympiaweg/ Akkerlaan in Wolluk kan ik wel dromen. Ik rij thuis de ‘oprit af’ en tik op het scherm van mijn auto ‘pa’ aan. Ik hoor de telefoon overgaan en na enkele keren neemt mijn vader op. ‘Hey zoon, klaar voor de wedstrijd’? is zijn manier van opnemen. ‘Altijd pa, je weet toch’ is mijn antwoord. ‘Wat gaat het worden vandaag’? Al pratende over de verwachting van deze wedstrijd ga ik richting de snelweg en rij langs Oss en via Den Bosch de A59 op richting Waalwijk. Net voorbij afslag 40 Drunen West, rijdende over het vernieuwde stuk snelweg, kijk ik naar links en zoeken mijn ogen de lichtmasten van ons Mandemakers Stadion. Ja, daar zie ik ze! Voor mij hét signaal dat ik er bijna ben en gelijk voel ik een golf van spanning, wat ondertussen een versnellinkje hoger geschakeld is, door mijn buik gieren. Nadat ik de afslag 39 Waalwijk Oost heb gepakt, rij ik op de Hoogeinde en de Loeffstraat via de Teisterbantlaan naar het Stadion. Altijd weer een mooi moment wanneer ik de bocht om rij en daar het RKC logo op de voorgevel tevoorschijn zie komen alsof het de opkomende zon is aan het begin van een mooie lentedag. Ik parkeer mijn auto langs de Olympiaweg, stap uit en volg ‘de meute’ lopende naar het stadion.
De wedstrijd
Links en rechts maak ik een babbeltje met medesupporters, iedereen voorspelt wat de eindstand zal gaan worden. Vandaag zegt mijn gevoel dat het 2-1 gaat worden met een winnende treffer van Vente in de 90e min. Geen idee hoe ik op dat scenario ben gekomen maar de meest onverwachte bevliegingen zijn meestal het beste wanneer het aankomt op het voorspellen van voetbal eindstanden :-). Ik sla rechtsaf en loop over de parkeerplaats langs de hoofdingang van het stadion. Al lopende kijk ik naar links en zie ik hoe ‘bekende koppen’ als Van Haaren, Vrede, Petrovic, Verkerk en natuurlijk Van Mosselveld mij toelachen en mijn hoop op een goede afloop deze middag lijken te willen bevestigen. Op de achtergrond hoor ik het geluid van de supporters en overal voel en zie ik de hoop op de broodnodige als ook verrassende 3 punten. In de opening van de hoofdingang staat Henk van Delft druk pratend en ontspannen lachend met wat mensen. Zal ‘mister RKC’ zelf nog weten de hoeveelste RKC-wedstrijd dit inmiddels voor hem is, vraag ik mijzelf af. Ondertussen ben ik aangekomen bij de hoek van de Kidscorner en stop ik even met lopen. Het valt mij op dat de doeken met oud RKC’ers verdwenen zijn. Ze blijken kapot, versleten en vergaan mede door de stormen afgelopen winter. Samen met de stadioneigenaar beraadt RKC zich over een alternatief wat hopelijk onderhoudsvrij is. Ik wandel verder langs de Fietsenstalling richting de ingang onder FF waar Lucas en Tim mij staan op te wachten. Netjes sluit ik aan in de rij en dol ik links en rechts met wat andere ‘geelblauwen’. Eenmaal door het poortje staat een dame me vriendelijk toe te lachen. Vroeger kon ik altijd gelijk doorlopen, tegenwoordig word ik nog weleens gevraagd te wachten zodat ik gefouilleerd kan worden. Wellicht heeft mijn huidige kapsel hier enige invloed op, wie weet. Nadat ik blijk geen bommen en granaten bij mij te hebben en een mannelijke medesupporter in een geelblauw RKC-shirt jaloers op mij is dat niet hij gefouilleerd is door diezelfde vrouw, sluit ik aan bij de Horeca corner om een biertje te bestellen. Bij het afrekenen kan ik helaas niet op een scherm zien hoeveel saldo ik nog heb. Vriendelijk vraag ik aan Lucas ‘hey dude, hou even mijn biertje vast als je wilt’ en snel ga ik nog even naar het toilet voordat de wedstrijd begint. Nadat ook dit gelukt is kijk ik naar beneden en zie ik de spetters op mijn schoenen. Lucas zijn glimlach verraadt veel maar hij zwijgt, geeft mijn biertje aan en we lopen samen met Tim langs het veld naar de trap waar we de tribune opgaan. Terwijl er door de stadion luidsprekers het ‘To Brazil’ van The Vengaboys schalt, zoeken we ons stoeltje op. Met een zucht ploffen we op de, na alle jaren, inmiddels ietwat verkleurde stoeltjes en werpen een blik op de tribunes. Tot onze tevredenheid beginnen die al aardig vol te geraken, iets wat de afgelopen jaren helaas wel anders was. Op het veld zijn inmiddels ‘onze boys’ druk bezig met de warming-up. Ik zie hoe pareltje Delcroix een bal passt richting Gaari, maken Van der Venne en Hansson kleine explosieve sprintjes en ondertussen schiet Bilate een bal op doel waarna de bal via de binnenkant van de kruising achter Vaessen belandt. ‘Mikken kan hij dus toch’?! grapt Lucas naast mij. Ondertussen kussen de zonnestralen het mooie groene natuurgras zonder dat deze sprietjes glimmen alsof ze zojuist zijn ingesmeerd met een te vette zonnebrandcreme zoals bij de plastic ‘fopsprietjes’ van weleer wel het geval was. Aan de overkant van het veld zien we hoe Fredje Grim samen met Hélène Hendriks van Fox Sports tijdens een interview wegsprinten omdat de sproei-installatie hen voorziet van een even onverwachte als koude douche. ‘Fredje kan mooi zeggen dat hij samen heeft staan douchen met Hélène, Frank zal er jaloers op zijn’ grapt Tim terwijl de spelers inmiddels vertrokken zijn richting de kleedkamers.
14:30 uur, begin van RKC Waalwijk – Feyenoord
Eindelijk is het zover, de melodie van Bassjackers schalt door de speakers. Een teken voor iedereen in het stadion om te gaan staan. Aan de overkant komen de spelers tevoorschijn vanuit de ‘Leeuwenblazer van Waalwijk’ en betreden het veld. Keurig in een rij staande zwaaien ze naar het publiek waarna we enthousiast terugzwaaien. De spelers van Feyenoord lopen langs onze geelblauwen en begroeten deze één voor één. Onze aanvoerder ‘Super Mario’ Bilate bemoeit zich daarna met de tos. Vanaf onze afstand is niet te zien of de toswedstrijd door hem gewonnen is, maar zijn blik richting Vaessen met de vraag aan welke kant hij wil starten vanwege de lentezon doet ons vermoeden dat Mario de eerste slag voor Waalwijk geslagen heeft. De spelers van RKC en Feyenoord wisselen dankzij de toswinst van Mario nog snel van speelveld en gaan klaarstaan in de bezetting zoals hun trainer voor de wedstijd met zijn staf bedacht heeft. Scheidsrechter Kuipers gebaard richting zijn assistent scheidsrechters en vierde man of ze er klaar voor zijn. Iedereen op de tribunes is ondertussen weer gaan zitten. Ik kijk het stadion rond en zie overal volle tribunes. Een trots gevoel maakt zich van mij meester. Het is klokslag 14:30 uur, het eerste fluitsignaal klinkt namens de supermarkt eigenaar uit Oldenzaal. RKC Waalwijk – Feyenoord editie 2019/2020 is zojuist begonnen. Helaas zullen we nooit weten of mijn voorspelling de juiste bleek te zijn.
RKC, wat mis ik je!